‘Jij vindt onverschilligheid een betere omschrijving dan zelfhaat?’
- ‘Jazeker, want zelfhaat veronderstelt een zekere mate van belangstelling ván het individu vóór dat individu, Voor zich zelf dus. Dan zou dat individu over zichzelf – liefst in relatie tot anderen – moeten nadenken. Daar is de Nederlander, de West-Europeaan veel te onverschillig voor. Op die onverschilligheid loopt onder andere de integratie van de exoten stuk, want “wij” laten ze weliswaar binnen, maar zonder ons echt wezenlijk voor ze te interesseren. Inmiddels doen we dat tegen beter weten, want we schaffen onszelf af; we óvereten ons als het ware aan onze eigen nobele goedheid.’
‘Ach, zó zie je dat. We laten ze binnen omdat “het zo hoort,” het staat gekleed. De gebraden goudhaantjes en -kippetjes kijken naar elkaar en zien hetzelfde lelijke spiegelbeeld terugkoekeloeren. Pas als ze net zo onverschillig zijn geworden als wij, dan achten wij de vlucht-exoten geïntegreerd…..? Origineel frame. Om over na te denken.’
- ‘ “We” faciliteren de voortzetting van de hopeloze slachtpartijen in de Oekraïne en in Palestina, omdat het ons eigenlijk niets kan schelen. Hoeveel Oekraïners en Gazanen er over de klink worden gejaagd, verpulverd en verdampt door dikke bommen, wat hebben wij daar eigenlijk mee te maken? De Amerikanen misschien nog het minst van allemaal. Die willen alleen maar wapens verkopen en olie jatten. Tja, dat is bepaald geen fraai zelfbeeld dat ik je presenteer. Meer “de laatste mens” van de goede oude Fritz, hé?’
‘Nihilisme hoort bij de Europese “cultuur” indien je nog van cultuur kunt spreken ….’
- ‘Uit de Zarathustra: >>>> Wehe! Es kommt die Zeit, wo der Mensch keinen Stern mehr gebären wird. Wehe! Es kommt die Weit des verächtlichsten Menschen, der sich selber nicht mehr verachten kann. Seht! Ich zeige euch den letzten Menschen.
„Was ist Liebe? Was ist Schöpfung? Was ist Sehnsucht? Was ist Stern“—so fragt der letzte Mensch und blinzelt.
Die Erde ist dann klein geworden, und auf ihr hüpft der letzte Mensch, der Alles klein macht. Sein Geschlecht ist unaustilgbar, wie der Erdfloh; der letzte Mensch lebt am längsten.
„Wir haben das Glück erfunden“—sagen die letzten Menschen und blinzeln. ….. <<<<
‘De spiegel herinner ik me: >>>> Sahst du deinen Freund schon schlafen,—damit du erfahrest, wie er aussieht? Was ist doch sonst das Gesicht deines Freundes? Es ist dein eignes Gesicht, auf einem rauhen und unvollkommnen Spiegel.
Sahst du deinen Freund schon schlafen? Erschrakst du nicht, dass dein Freund so aussieht? Oh, mein Freund, der Mensch ist Etwas, das überwunden werden muss. ….. <<<<
Nog een paar weken, en dan kunnen we dit alles live opgevoerd zien worden. Rond de Kerst bedoel ik. Vanwaar die cartoon van Tom Janssen uit de Trouw?’
- ‘O, ik zag een column – de zoveelste – over de rede van mw. Yesilgöz. Tja, kweenie wat ik ermee moet.’
‘ De VVD zal stemmen willen scoren, want stemmen betekenen een plucheplek aan de trog, dat is tegenwoordig bijna altijd de drijfveer. Je hoeft niet diep te graven en dat is ook wel makkelijk – zou de laatste mens ongetwijfeld denken. Het verhaal van Fortuyn over die Franse ambassadeur is hoogst gênant, daar heeft Fortuyn groot gelijk in.’
- ‘Waarom denk jij dat Fortuyn is doodgeschoten?’
‘Als politicus kun je de nomenklatoera beter niet te vaak een spiegel voorhouden, bedoel je? Wat dóet mevrouw Yesilgöz in de Janssen-cartoon eigenlijk? Is ze in aanbidding voor het Calvinistische arbeids-en-werkethos (Max Weber), zoekt ze een verloren contactlens? …. Enig idee?’
- ‘Mwah, de Übermensch met een lantaarntje zoeken misschien, en daarna vlug je lichtje onder de korenmaat frutselen? Je mag zelf raden.’
…………….. ………………. …………….. ………………..
…………….. ………………. …………….. ……………….
citaat Pim Fortuyn: Zelfhaat in een veel te ver doorgewoekerd cultuurrelativisme, vervat in het gezegde ‘doe maar gewoon dan doe je gek genoeg’; zelfoverschatting als we weer de een of andere internationale positie hebben misgelopen en ons terugtrekken in zelfbeklag. Die zelfhaat kan vreemde vormen aannemen. Zo kon de Franse ambassadeur in ons land niet lang geleden rustig in een interview ons gebrek aan gastvrijheid aan de orde stellen, zeggen dat hij elk weekeinde in Parijs verbleef onder de verzuchting dat ‘als u de keuze hebt tussen Zwolle en Amsterdam, u toch ook voor Amsterdam kiest’, om te besluiten met de mededeling dat hij slechts zijn tandenborstel hoefde in te pakken om snel weer terug te zijn in het episch centrum van de wereld: Parijs. Het gevolg was allerminst een diplomatieke rel en ontbieding op het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Een dergelijke houding getuigt van onverschilligheid en zelfhaat. Men denke zich de gevolgen in indien de Nederlandse ambassadeur in Parijs een interview van soortgelijke strekking had gegeven. De kans zou groot zijn dat de ambassadeur zijn koffers kan pakken met een enkele reis residentie.
Pim Fortuyn (2002:175) De verweesde samenleving | ISBN-13: 9789061129318 (vet toegevoegd)

citaat Pim Fortuyn: Het islamfundamentalisme is niet alleen in het Midden-Oosten een bijzonder sterke culturele, politieke, economische en militaire kracht, maar wint ook veld in Noord-Afrika. De cultuurrelativist heeft daarop geen antwoord en steekt liever de kop in het zand. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat dit fundamentalisme zich op den duur niet steeds sterker in ons deel van de wereld zal manifesteren. Daar is zelfs alle reden toe, indien we er zoals nu onvoldoende in slagen om de medeburgers afkomstig uit de islamitische culturen economisch, sociaal, cultureel en politiek te integreren in de West-Europese samenlevingen.
Integratie is dus noodzakelijk, maar dan moet men wel weten waarin geïntegreerd moet worden. Hier bijt de ontwikkeling van onze cultuur zichzelf in de staart. Het alom heersende cultuurrelativisme geeft op de essentiële vraag, wat is dan onze cultuur en welke normen en waarden drágen deze cultuur, nauwelijks enig antwoord. In dat relativisme is dat immers allemaal relatief en in hoge mate individueel bepaald. De feitelijke situatie in Nederland komt daarmee al aardig overeen. Zelfs de overheid slaagt er niet in, sterker nog doet geen pogingen meer, om deze vragen van een coherent antwoord te voorzien. De politiek benadert normeringsvraagstukken nog slechts vanuit een technocratische invalshoek en ook dat gebeurt nog hapsnap en zonder degelijk onderzoek. De meeste door de wetgever geproduceerde regelgeving wordt niet serieus getoetst op haalbaarheid en uitvoerbaarheid, laat staan dat zij wordt getoetst aan een gedefinieerd normen- en waardensysteem dat het centrale element van onze cultuur zou moeten vormen.
Pim Fortuyn (2002:184-185) De verweesde samenleving | ISBN-13: 9789061129318 (het citaat is geredigeerd)